Plannetjes

Ik was ooit bij de afscheidsreceptie van een collega die zijn carrière elders voort ging zetten. Hij had gewerkt als beleidsambtenaar bij het ministerie van SZW en ging nu een hele nieuwe kant op, buiten de overheid. Zijn vrouw en twee dochtertjes waren bij het afscheid aanwezig. Op een gegeven moment hoorde ik iemand aan zijn dochtertje van een jaar of zes vragen: ‘Weet jij eigenlijk wel wat jouw vader hier heeft gedaan?’ Ik vond het een nogal gewaagde vraag, want hoe leg je als vader aan je kind uit wat een beleidsambtenaar zoal doet? Maar vol overtuiging zei het meisje: ‘Ja hoor! Mijn papa maakt plannetjes!’ Wat een fantastische vondst vond ik dat. Plannetjes maken is toch wat iedereen het allerliefst de hele tijd zou doen? Het is omgeven met positieve connotaties. Appeltje, eitje. Zin in. Doen we even. Gefikst voordat je er erg in hebt.

Ja, plannetjes maken kunnen we wel, maar plannetjes tot een goed einde brengen is een heel ander verhaal. Want hoe zat het ook alweer mijn eigen plan voor 2018? Ik kon me vaag iets herinneren van het voornemen om mijn blogs te gaan bundelen en dit jaar als boek uit te brengen. Ik was er in januari voortvarend mee aan de slag gegaan: ik had zo’n 20 blogs uitverkoren en een van mijn dierbaarste vriendinnen bood aan om er illustraties bij te maken. Het plan kwam echter piepend en krakend tot stilstand toen ik een beslissing moest nemen over hoe ik het boek wilde uitgeven: in eigen beheer of  bij een uitgever. Ik bevond me bij de grenspost van het land der uitgeverijen, maar had geen idee welke kant ik op moest. Een veelheid aan paden en verleidelijk routes en nergens een VVV-kantoor met een behulpzame medewerker die me een beetje wegwijs kon maken. In dat stukje niemandsland was ik blijven hangen. Al te ver op reis om nog terug te gaan, maar op voorhand knock-out geslagen in een bokswedstrijd waarvan ik noch de spelregels kende noch over de juiste uitrusting beschikte. Het plan leek een stille dood te sterven, totdat iemand me laatst vroeg hoe het er mee stond. ‘Oh, je bent gewoon tegen een olifant aangebotst’, zei zij, toen ik mijn verhaal vertelde. ‘Zou het niet helpen als je de boel wat meer in kleine brokjes onderverdeelt? Je kan gewoon eens beginnen om een of twee uitgeverijen te bellen om te horen wat ze voor je kunnen betekenen en wat zij van jou vragen. En waarom breng je het boek niet volgend jaar uit? Dan bestaat je bedrijf 15 jaar en kan het een jubileum-uitgave worden.’ Of het nou kwam door dat feestelijk tintje of door de kleine overzichtelijke stappen die in het advies werden aangereikt, ik voelde ineens weer de sprankel van mijn oorspronkelijke plan. Ik kon gewoon stukjes van de diverse paden bewandelen om te kijken welke het beste bij me zou passen. In mijn hernieuwde zoektocht op het internet kwam ik daardoor ineens ook heel andere mogelijkheden tegen dan daarvoor. Wellicht zal ik nog wel een paar keer vermoeid in het gras neerploffen, alleen maar in staat die grote grijze olifant te zien. Maar ik neem me voor om dan te denken aan het raadseltje dat ik als klein meisje vaak verteld heb: ‘Weet je hoe je een olifant eet? Hapje voor hapje!’

Geschreven door

8 Comments