Weemoedig loop ik vanochtend dauwtrappend door het Westbroekpark richting ‘de grote boom’ voor mijn Tai chi-les. Ik herinner me de euforie van de eerste les in de buitenlucht na de lockdown. Zo anders is dat vanochtend. Na de persconferentie van gisterenavond lijkt er voorlopig een streep getrokken door de lessen. Het zat er aan te komen. ‘Wie niet horen wil, moet voelen’, zou mijn oma gezegd hebben. Daar waar het de overheid niet lukt met dringende adviezen, worden er nu ge- en verboden afgekondigd.
Het doet mij denken aan het cadeau dat mijn geliefde aan mij voor zijn verjaardag vroeg. Hij wilde een demotivator. Een demotivator? Waar koop je die? Bij een industriële werkplaats in een schilderachtig Noord-Italiaans dorp. Volgens directeur/ontwerper Franco Canavese is hij de enige in Italië die hem fabriceert en werkt het als een tierelier, want zelf geprobeerd en nergens meer last van! Waarvan dan? Van zevenslapers!
We bleken ons huis een aantal jaar geleden inclusief een knaagdier-echtpaar gekocht te hebben. Van zevenslapers heb je nauwelijks last. Dat wil zeggen: in de winter, want dan slapen ze. En omdat het nachtdieren zijn, zie je ze in de zomer ook alleen maar na zonsondergang. Maar dan gaan ze ook helemaal los. Met hoge, ijzingwekkende gilletjes wordt er tot in de kleine uurtjes gefeest onder ons dak. Ze worden in het Nederlands niet voor niets ook wel relmuizen genoemd.
In eerste instantie gaven we ze slechts een dringend advies om te vertrekken, maar daaraan gaven ze geen gehoor. Sterker nog: eerst was het slechts een echtpaar, een jaar later waren ze met z’n tienen en – het lijken de Coronastatistieken wel – vorig jaar telden we er in een half uur tijd zevenentwintig, hollend over de elektriciteitskabel richting het favoriete restaurant De Walnootboom.
We hebben geprobeerd ze te verjagen met een apparaat dat lichtflitsen en ultrasone geluiden maakt als het beweging waarneemt. Maar dat geluid was zo bijzonder ultrasoon dat wij er ook iedere keer rechtop van in ons bed zaten. Daarna heb ik zwerfkatten gelokt met schoteltjes melk. Dat vonden ze heerlijk en heel af en toe werd er ook wel eens een zevenslaper bij gesnackt, maar echt zoden aan de dijk zette het niet. Uilen dan? Er werd een prachtige uilenkast voor ons gemaakt die we ophingen aan de hoogste boom. Het leek mij de ultieme oplossing, want ik bood tenslotte bed én breakfast aan! Maar de bedjes bleven onbeslapen.
Deze zomer besloten we dat de tijd van waarschuwen voorbij was. Ik deed een diepgaande studie naar de zwakke plekken van de zevenslaper. En die vond ik! Ze lopen namelijk liever niet over de grond, maar verplaatsen zich via bomen en over (elektriciteits)kabels én ze kunnen niet verder dan één meter springen. Dat was voldoende informatie om ‘de routekaart zevenslapermaatregelen’ te maken. De bomen rondom het huis werden gekapt en op internet vond ik de demotivator: een enorme ronde metalen schijf die gemonteerd wordt om de elektriciteitskabel die momenteel de snelweg van en naar ons huis vormt. De eerste avond was de consternatie enorm: luid gillend brachten ze elkaar op de hoogte dat er ‘iets’ aan de hand was. Dat zal ze leren! Wij moesten zelf helaas weer naar Nederland en hebben dus niet kunnen zien wat onze maatregelen hebben opgeleverd, maar ik verwacht dat wij met deze hamerslag een significante daling in de cijfers teweeg hebben gebracht. We krijgen dat zevenslapervirus er wel onder!
7 Comments